MAAI MEI NIET GAF ETEN AAN 21 MILJOEN BIJEN, MAAR WAT DOE JE DE KOMENDE MAANDEN HET BEST MET JE GAZON?

Maai Mei Niet, de actie waarbij mensen gevraagd worden in de maand mei het gras niet te maaien, heeft de afgelopen maand voedsel opgeleverd voor 21 miljoen bijen. Dat zijn er 4 miljoen meer dan vorig jaar. Bovendien werden er de afgelopen maand enkele bedreigde bloemensoorten ontdekt in de gazons die niet gekortwiekt werden, zegt Koenraad Van Meerbeek, professor Ecologie aan de KU Leuven.

Wat is Maai Mei Niet?

Sinds 2021 roept het weekblad Knack tuineigenaars op om in de maand mei hun gras niet te maaien. Bedoeling? De 2,5 miljoen tuinen in Vlaanderen, goed voor 12 procent van de Vlaamse oppervlakte, ecologischer maken.

Door een maand lang het gras niet af te rijden, groeien er meer bloemen. Daardoor krijgen de insecten die  bloemen bestuiven, zoals bijen, meer voedsel. Zij leven immers van de nectar én het stuifmeel van bloemen. 

Wat is het resultaat?

Door de actie Mei Mei Niet werd de afgelopen maand 124 hectare, oftewel 1,24 miljoen vierkante meter, gazon niet gemaaid. Door de oproep van Knack kregen wilde bloemen de afgelopen maand de tijd om volop te groeien en te bloeien. Op het einde van de maailoze maand telden de deelnemers van de actie samen zo’n 135.000 bloempjes in hun pelouses. 

“Dat betekent dat we in de Maai Mei Niet-gezons elke dag voedsel hebben voorzien voor ongeveer 21 miljoen bijen. Dat is meer dan in de voorbije jaren: vorig jaar hebben we bijvoorbeeld 17 miljoen bijen eten kunnen geven met de deelnemende gazons en in 2021 14 miljoen”, zegt professor Koenraad Van Meerbeek, die al drie jaar de nationale nectarscore berekent op het einde van de Maai Mei Niet-maand.

Die nectarscore wordt berekend op basis van het aantal vierkante meters tuin dat niet gemaaid werd volgens de deelnemers van Maai Mei Niet. “Dat aantal extrapoleren we dan naar de totale oppervlakte ongemaaid gazon van alle deelnemers die zich geregistreerd hebben."

"Als we de totale nectarproductie hebben, bekijken we hoeveel nectar een gemiddelde bij per dag nodig heeft. Zo komen we dit jaar aan het cijfer van 21 miljoen bijen per dag", legt professor Van Meerbeek uit.

De professor merkt op dat er dit jaar minder mensen hebben deelgenomen aan de actie. “Maar doordat de gemiddelde grootte van ongemaaid gazon veel groter was dan de voorbije jaren, kwamen we aan een veel groter aantal bijen dat gevoed kon worden.”

Dat is ook broodnodig, want onder andere door de verharde tuinen, waarin minder bloemen kunnen groeien, hebben de bijen het steeds moeilijker gekregen om voldoende nectar en stuifmeel te vinden. Daarnaast wordt de bijenpopulatie ook bedreigd door de varroamijt en de Aziatische hoornaar. 

Is het alleen goed voor de bijen?

Je gazon niet maaien kan niet alleen bijdragen aan het behoud van de insecten, maar ook aan het behoud van biodiversiteit bij de planten, zo blijkt dit jaar uit de Maai Mei Niet-actie.

De deelnemers van de actie moesten op het einde van de actie op een formulier turven hoeveel bloemen er in hun tuin stonden. Daarop staan klassiekers als het madeliefje -  ruim 47.000 keer geteld - en de paardenbloem, die voor het derde jaar op rij verantwoordelijk was voor de meeste nectarproductie. 

Maar, zo gaat professor Van Meerbeek verder, “naast de soorten die op de telformulieren stonden, hebben we dit jaar ook gepolst of er andere soorten planten voorkwamen in de tuinen".

“Daarin zien we dat er in heel wat tuinen rodelijstsoorten - plantensoorten die bedreigd zijn - zijn gevonden. Daaronder zijn onder andere zes zeldzame en bedreigde orchideeënsoorten. Tuinen kunnen dus ook een belangrijke rol spelen in het behoud van bedreigde plantensoorten”, besluit Van Meerbeek.

Wat nu, na mei?

Professor Van Meerbeek vindt het heel interessant dat er bij de mensen die voor de tweede keer deelnamen aan de Maai Mei Niet-actie, meer plantensoorten werden ontdekt. “Dat is veelbelovend want meer dan 90 procent van de deelnemers geeft ook aan dat ze in de toekomst minder willen blijven maaien.”

Maar doen ze er in de toekomst dan goed aan telkens weer een maand lang hun gras niet maaien? “Dat hangt ervan af”, legt de professor uit. “We hebben gezien dat de nectarproductie piekt als je tussen de 2 à 4 weken je gras maait.”

“Om de drie weken maaien, is het ideale advies voor wie houdt aan een (stuk) gazon maar toch de natuur wil helpen. Met gras van drie weken kan een grasmachine nog prima overweg.”

Bovendien is het ook aangewezen om je gras iets langer te laten groeien met het oog op de droogte. Hoe korter je je gras maait, hoe korter de wortels worden en hoe minder goed het tegen de droogte kan. Hoog gras zorgt ook voor meer schaduw en voorkomt dus dat de bodem uitdroogt. 

En een mooi extraatje, zo stipt professor Van Meerbeek nog aan: “Ook mensen met hooikoorts profiteren ervan als je het om de drie weken maait, want gras komt niet in bloei als het maar drie weken krijgt. Driewekelijks maaien helpt dus de bestuivers én hooikoortspatiënten.”

Professor Van Meerbeek besluit met een belangrijke nuance: "Neem onze slogan - Maai Mei Niet - niet letterlijk. Het is geen universeel geldende wet. Natuurlijk mag je ook maaien in mei, zolang dat maar niet te kort is en je altijd stukjes laat staan."

"Met zijn allen minder en gefaseerd gaan maaien, en bij elke maaibeurt een stukje gras laten staan voor de insecten, dat is het doel." En Maai Mei Niet focust op tuinen, besluit hij. "In natuurgebieden of wegbermen gelden andere regels en kan maaien in mei positief zijn voor de biodiversiteit. En een boer zal altijd willen hooien in mei, want dan oogst hij calorierijker gras."

2023-06-07T04:21:40Z dg43tfdfdgfd